RECENSIE

Babycall(2011)

Filmmaker Pål Sletaune zet met de titel meteen zijn eerste dwaalspoor uit: deze film heeft met zuigelingen namelijk niks van doen. ‘Babycall’ is de Scandinavische term voor ‘babyfoon’. Dat Anna (Noomi Rapace) zo’n apparaat koopt om haar achtjarige zoon in de gaten te houden, is al dubieus. En dan produceert het toestel ook nog eens gekrijs dat niet uit zijn slaapkamer komt.

Onverklaarbare stemmen in een geluidsopname worden in de wereld van het paranormale bandstemmen of electronic voice phenomena genoemd. Babyfoons lenen zich uitstekend voor dit verschijnsel, zoals te zien en te horen in het Spaanse THE BABY’S ROOM en de korte Nederlandse film BABYPHONED. Of de akelige boodschappen van gene zijde komen of een product zijn van de menselijke fantasie, is een vraag die ook relevant lijkt in BABYCALL.

Toch draait de film – anders dan de titel suggereert – niet zozeer om een griezelige babyfoon als wel om de intense angst van een overbezorgde moeder. Anna is een labiele vrouw bij wie de stresshormonen zowat uit de poriën sijpelen. Ze heeft zojuist haar intrek genomen in het meest deprimerende appartement van Oslo, waar ze met zoon Anders een nieuw leven probeert op te bouwen. Let wel, met de gordijnen dicht en de ketting op de deur. Want de ex met losse handen die we heel de film niet te zien krijgen, hangt als een donderwolk boven moeder en kind. Inspecteurs van de kinderbescherming dwingen Anna om haar zoon naar school te sturen en hij mag ook niet meer op haar kamer slapen. Voor haar gemoedsrust koopt ze een babyfoon bij de contactgestoorde elektronicaverkoper Helge (Kristoffer Joner). Een miskoop van jewelste, want zodra de nacht valt en Anders vredig slaapt, schelt er gekrijs door het luidsprekertje. Het is de opmaat tot een reeks curieuze gebeurtenissen die je als kijker aan het twijfelen brengen over de echtheid van Anna’s waarnemingen.

Net als in zijn vorige film (NABOER) zoekt Sletaune de grenzen op van de waan en de werkelijkheid. Hij keert clichés binnenstebuiten en trekt en passant nog een blik red herrings open om de kijker op het verkeerde been te zetten. Die gretigheid om onvoorspelbaar te zijn, leidt niet persé tot een betere film. Het acteerwerk van Noomi Rapace en Kristoffer Joner doet dat wel. Dankzij hun overtuigende vertolking van de getergde moeder en het volwassen moederskind valt aan BABYCALL weinig levensvreugde te beleven. De momenten waarop hun prille vriendschap ontluikt, zijn schaarse lichtpuntjes in een verder zeer mistroostige film.

Over de kwalificatie horror valt te twisten. BABYCALL is op momenten zeer beklemmend, maar als het er op aankomt niet erg spannend. Je kunt wel stellen dat de film als drama beter uit de verf komt dan als horror of thriller. In zijn opzet om de kijker op een dwaalspoor te zetten is Sletaune dus hoe dan ook geslaagd.

 Di: Lumière. Op dvd vanaf 28 augustus. Copyright Rob van der Velden. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende.  Gepubliceerd op 8 september 2012.

8 september 2012
  • Titel
    The Monitor
  • Lengte
    96 minuten
  • Regie
    Pål Sletaune
  • Scenario
    Pål Sletaune
  • Cast
    Noomi Rapace, Kristoffer Joner, Vetle Qvenild Werring
  • Taal
    Norwegian, Swedish, English
  • Land
    Norway, Germany, Sweden
  • Trailer
Meer HorrorMeer Thriller
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments

Ons magazine bevat nóg veel meer.

Word abonnee!

Als je houdt van de genrefilm, is ons magazine echt wat voor jou.
Neem een abonnement en voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat.