RECENSIE

Spirited Away / Sen to Chihiro no kamikakushi(2001)

‘Wat ooit is gebeurd, raakt nooit vergeten. Ook niet wanneer je je niets herinnert,’ luidt de sleutelzin uit SEN TO CHIHIRO NO KAMIKAKUSHI van de Japanse animator Hayao Miyazaki. De anime waaraan Miyazaki’s Studio Ghibli (MONONOKE-HIME/PRINCESS MONONOKE) vier jaar werkte, transporteert de toeschouwer twee uur lang terug naar het verbeeldingsland van de kinderjaren.

Daarvan herinneren we ons misschien gespreksflarden, details, geuren en bepaalde vrolijke of onverwacht verdrietige gebeurtenissen, maar nauwelijks die verloren verwondering van het nieuwe en het ongerijmde. Slechts een gevoel is gebleven, een spoor van het kind-zijn, van de ongebreidelde fantasie die een niet te beredeneren logica volgde en met het volwassen worden tegen de realiteit onherroepelijk het onderspit delfde. Miyazaki (Tokio, 1941) moet bijzondere gaven bezitten, want uit SPIRITED AWAY – zoals SEN TO CHIHIRO… in het Engels is herdoopt – spreekt een grote sensibiliteit voor dat wat de mens met de kinderjaren kwijtraakt.

In SPIRITED AWAY belanden de tienjarige Chihiro en haar ouders, onderweg door een bos, via een tunnel in een soort recreatie-oord waar geen levende ziel zich vertoont. Daar veranderen Chihiro’s ouders tijdens het eten bij de onbemande voedselstalletjes tot haar grote schrik in varkens. Onverwacht wordt ze door een behulpzame jongen genaamd Haku tussen honderden vreemd uitziende gasten een mysterieuze pagode binnengesmokkeld: ze bevindt zich in Yuya, een sento (badhuis) voor goden, fantomen en andere oerwezens. Om de betovering van haar ouders af te kopen moet Chihiro werken voor de vrekkige opoeheks Yubaba, die het badhuis-tussen-de-werelden bestiert, Chihiro’s welluidende naam steelt en deze vervangt door het nederige Sen. Wat volgt is een groots avontuur waarin Miyazaki, zonder valse sentimenten en met animatie die in verfijning van lijnvoering, kleur en ornamentering zijn gelijke zoekt, de kleine mens in het grote universum plaatst. Je hoort hem als het ware scène na scène bij elkaar fantaseren, moeiteloos de innerlijke logica en rode draad van het verhaal vasthoudend en steeds nieuwe figuren en maffe bedenksels spuiend.

Een van die figuren is de veelarmige mopperpot Kamaji (met coole zonnebril en de stem van Nippon-exploitatieveteraan Bunta Sugawara), die diep in de sento-kelder zorgdraagt voor de juiste temperaturen en de complexe kruidenaroma’s van het water waarin de geesten zich verkwikken. Kamaji wordt bijgestaan door een legertje nijvere roetbollen op insectenpootjes: onophoudelijk mikken ze briketten in de infernale badhuisstookketel en worden daarbij steeds nèt niet zelf geroosterd. Met hun koddige verschijning en zotte arbeidsethos zijn deze roetbolletjes je al bij de eerste bezichtiging aan het hart gebakken.

In het virtuoze animatiewerk (gecomplementeerd door een zeer divers gehouden score van Joe Hisaishi) zijn enkele esthetisch welhaast ‘volkomen’ shots te ontdekken. Zoals dat aan het begin van de film, waarin Chihiro linksonder in beeld een buitentrapje naar een deur afdaalt, terwijl rechtsboven de nachtelijke geestenstoet gemoedelijk murmelend over een brug kuiert. Horizontale en verticale lijnen met harmonieus monochrome kleurvlakken daartussen, de moedige protagoniste met haar voet op de drempel van een andere wereld en de geheel vanzelfsprekende aanwezigheid van kamigami (goden of geesten) onder de nachthemel, nog onwetend van het ongewenste mensenkind in hun midden: ziehier de gulden snede van Mondriaan, de papierspooksels van prentmakers als Yoshitoshi (1839-1892) en Miyazaki’s fabuleerkunst in één prachtig filmbeeld verenigd. Mirakels als deze volbrachten Miyazaki en zijn Studio-Ghiblisten voornamelijk op de traditionele manier met pen, penseel en dat feilloze Nippon-gevoel voor elegante stilering van kostuums en decors.

In een interview met het Franse Positif zei Miyazaki: ‘Al duizend jaar drukken Japanners zich uit in lijnen, terwijl Amerikanen dat doen in volumes, in kwantiteit.’ De filmmaker, wiens filosofische inslag zijn tekenpen stuurt, is bezorgd over het keurslijf waarin Japanse schoolmeisjes worden gedwongen om ‘later’ maatschappelijk te slagen. Het fnuikende cultuurproces waarin de Japanse prestatie- en consumptiemaatschappij bewegingsvrijheid en waardigheid knevelt, geest en hart afstompt en fataal parasiteert op de oorspronkelijke natuur (het thema van PRINCESS MONONOKE), lijkt onomkeerbaar. Miyazaki stipt deze neerwaartse spiraal zonder belerende nadrukkelijkheid aan en verrijkt zo een meeslepend, grappig en ontroerend sprookje met een intrinsieke laag waaraan zich helaas in de komende decennia de realiteit zal spiegelen. De Gouden Beer op de Berlinale 2002 voor SPIRITED AWAY lijkt dan ook minder de verdienste van Miyazaki’s fantasie, maar meer van de context waarbinnen Chihiro’s queeste zich afspeelt. Dit gezegd hebbende, noteer ik vier kobaltblauwe rivierdraakjes voor een anime-meesterwerk van de moderne filmhistorie.

(N.B. Deze waardering betreft de oorspronkelijke, Japans gesproken versie.) Copyright 2003 Oliver Kerkdijk. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #58, p13.

© Olivier Kerkdijk
27 april 2011
  • Titel
    Spirited Away
  • Lengte
    125 minuten
  • Regie
    Hayao Miyazaki
  • Scenario
    Hayao Miyazaki
  • Cast
    Daveigh Chase, Suzanne Pleshette, Miyu Irino
  • Taal
    Japanese, English
  • Land
    Japan
Meer Animation
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments

Ons magazine bevat nóg veel meer.

Word abonnee!

Als je houdt van de genrefilm, is ons magazine echt wat voor jou.
Neem een abonnement en voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat.